Geen bewijs dat 326 gram henneptoppen afkomstig is van meer dan 5 hennepplanten
Het gedoogbeleid van het OM houdt in dat bij maximaal 5 hennepplanten een verdachte niet zal worden vervolgd indien hij bij ontdekking wel direct afstand doet van deze hennepplanten. In een uitspraak van het gerechtshof Den haag, 18 juni 2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:2647 ging het niet om 5 hennepplanten, maar om 326 gram henneptoppen die waren aangetroffen. De verdachte voerde als verweer dat deze hoeveelheid afkomstig waren van 3 hennepplanten die van hem waren. Het hof volgde de verdachte in dit verweer en verklaarde het OM niet-ontvankelijk in de vervolging.
Verweer advocaat: 3 hennepplanten vallen binnen gedoogbeleid
De verdachte heeft ter terechtzitting in eerste aanleg van 18 maart 2009 verklaard dat de 326 gram henneptopjes afkomstig was van drie planten,die van hem waren.
Aanwijzing Opiumwet
De op het onderhavige geval toepasselijke Aanwijzing Opiumwet van 6 februari 2002, Stcrt. 2002, 46 (hierna: de Aanwijzing) dient blijkens de jurisprudentie van de Hoge Raad aldus te worden uitgelegd dat – behoudens door het openbaar ministerie te stellen en aannemelijk te maken bijzondere omstandigheden en mits tijdig afstand is gedaan van het in beslag genomen plantenmateriaal – met een politiesepot wordt afgedaan de teelt van niet meer dan vijf hennepplanten, ongeacht de hoeveelheid of het gewicht van de met die teelt verkregen of te verkrijgen opbrengst van voor consumptie geschikte hennep of hennepproducten (vgl. HR 26 april 2011, LJN BO4015, NJ 2012/63).
Overwegingen hof: OM niet-ontvankelijk
Het procesdossier bevat geen bewijsmiddelen waaruit zou kunnen worden afgeleid dat de bij de verdachte aangetroffen 326 gram aan henneptoppen afkomstig is van meer dan vijf hennepplanten. Nu het openbaar ministerie de verdachte in strijd met de Aanwijzing heeft vervolgd, zal het hof – overeenkomstig de standpunten van de advocaat-generaal en de raadsman – het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaren in de vervolging van de verdachte.