Opruimen planten zonder wetenschap hennepkwekerij
Het opruimen van een hennepkwekerij levert normaal gesproken ook betrokkenheid op in de zin van medeplegen van het opzettelijk bezit van hennep. Toch kun je hier onder omstandigheden ook onder uitkomen, mits je maar het juiste bij de politie verklaard. In de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, 27 november 2014, ECLI:NL:RBNNE:2014:5906 ging het om een verdachte die zijn broer had meegeholpen met het opruimen van afval, aarde en plantenresten, zonder dat hij wist dat het hier ging om afval dat van een hennepkwekerij afkomstig was. De politierechter sprak hem om die reden vrij van betrokkenheid bij de hennepkwekerij.
Rechtbank: geen wetenschap opruimen hennepkwekerij
De rechtbank oordeelde als volgt:
“[medeverdachte], broer van verdachte, heeft verklaard eigenaar te zijn van de hennepkwekerij. Over de betrokkenheid van verdachte hierbij heeft hij verklaard dat hij verdachte op de avond van 26 augustus 2011 had gevraagd om te komen helpen met het opruimen van de schuur. [medeverdachte] heeft daarbij niet vermeld dat het ging om het opruimen van een hennepkwekerij. Verdachte heeft zowel bij het politieverhoor als op de terechtzitting verklaard dat hij na het telefoontje van zijn broer naar diens woning is gereden. Verdachte heeft voorts verklaard dat hij in de schuur bladeren en potten met aarde aantrof.
Verdachte heeft op verzoek van zijn broer het afval, de aarde en plantenresten in plastic vuilniszakken gedaan. Verdachte heeft ontkend op de hoogte te zijn geweest van de hennepkwekerij. Hij heeft geen hennepplanten zien staan in de schuur.
Gelet op de inhoud van het dossier en de hiervoor weergeven omstandigheden is er onvoldoende grond voor het oordeel dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk “telen/bereiden/ bewerken/verwerken van hennep.
De rechtbank is voorts van oordeel dat op grond van het dossier en de verklaring van verdachte ter zitting hoe dan ook niet is vast te stellen dat verdachte een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep aanwezig heeft gehad.
Alles overwegend is de rechtbank van oordeel dat niet wettig en overtuigend is bewezen dat verdachte het laste gelegde feit heeft gepleegd.
Derhalve dient verdachte van het ten laste gelegde vrij te worden gesproken.”